Mooischrijverij of mooi-schelderij?
Sander Schimmelpenninck
Naast mooischrijverij steeds meer mooi schelden
Effectief?
Vooropgesteld, ik ben een fan van Sander Schimmelpenninck. Die heeft niet alleen een goede kop maar ook verder alles mee en dat erkent hij ruiterlijk. En dan heeft hij ook nog goede ideeën. Zijn wekelijkse column in de Volkskrant volg ik dan ook graag. Des te meer als hij zich daarin met de nodige woede afzet tegen precies dezelfde zaken en personen waarover ik me ook opwind.
De taal die Sander in zijn columns gebruikt grenst echt aan mooischrijverij. Dat mag ik wel, als tegengas tegenover het vaak grove taalgebruik van enkele politici die Sander regelmatig op de hak neemt. Soms echter uit hij zijn kritiek in wat ik maar even “mooi-schelderij” noem. Leuk voor de liefhebbers, maar is het ook effectief? Komt zijn boodschap nog wel over?
Vanuit de theorie van Cuvelier – zie het Basismodel voor interactie – wordt je interactie minder effectief als je in de benadering van anderen de uitersten opzoekt. Dan kom je op de wal terecht, heet dat in Cuveliers basismodel, en dat leidt altijd ook tot walgedrag bij de ander. Overdrijf niet zo, zouden we in gewoon Nederlands kunnen zeggen. Je zorgt ervoor dat mensen je stukken niet meer lezen. En dat lijkt me niet de bedoeling van je column. Less is more.
ꜰᴏᴛᴏ: ᴘɪxᴀʙᴀʏ