Mijn eigen koloniale verleden ook uit te zetten op de interactiekaart?
In bijdragen voor LinkedIn duidde ik de excuses van Rutte voor ons slavernijverleden via ons basismodel van interactie (zie TOL-Het-Basismodel-van-Interactie-v2.pdf (trailoflife.nl). Oefenen met het interactiemodel blijft leerzaam.
Maar hoe kijk ik eigenlijk terug op mijn eigen koloniale verleden? En kan ik – wederom als oefening – mijn ervaring en observaties vertalen op interactieniveau?
Kritische blik
Over een kritische blik op het koloniale verleden kan ik kort zijn: die is er in mijn omgeving eigenlijk heel lang niet geweest. Geboren in 1940 uit Indische ouders, in Soerakarta (één van de twee vorstensteden op midden Java), heb ik het koloniale verleden zelf niet bewust meegemaakt. Twee jaar later viel Japan immers het land binnen en kwam er de facto een eind aan Nederlands Indië en aan het gelukkige en welvarende leven dat mijn ouders daar hadden geleefd. Na de oorlog vertrokken mijn ouders met het gezin zo snel mogelijk naar het moederland. Daar volgden wij de pogingen om Indië te behouden en in 1949 de formele soevereiniteitsoverdracht door koningin Juliana. In de jaren daarvoor heeft mijn vader, opgeroepen om als militair specialist een bijdrage te leveren aan de overgang, nog geprobeerd iets te redden van ons voormalig bezit in Indië.
De aanpassing aan Nederland verliep moeiteloos. Geen wonder, ook in Indië hadden wij ons conform onze sociale status reeds Nederlandser dan de Nederlanders gevoeld en gedragen. We leefden daar een rijk leven, met een staf aan bediendes, maar we aten door de week wel aardappelen in plaats van rijst en er werd scherp op toegezien dat we accentloos Nederlands spraken. Wij behoorden zeker niet tot degenen die in die tijd al kritisch keken naar de koloniale verhoudingen. Wij namen het goede leven zoals het was en binnen de bestaande verhoudingen zorgden we als werkgever goed voor ons vele personeel.
Dat wil niet zeggen dat er na de oorlog geen trauma en verdriet was. Materieel waren we alles kwijtgeraakt en het was vooral mijn vader die er vele jaren over heeft gedaan om vrede te vinden met de oorlogservaringen en het verlies van zijn oude leven. Mijn sterke moeder hielp ons door deze jaren heen. Ik heb mijn ouders er wel eens voor gecomplimenteerd, dat wij als kinderen ondanks alle verlies en schamele inkomen konden opgroeien met het gevoel van een rijk en onbekommerd leven.
Voor een interactie analyse moet je eigenlijk inzoomen op gebeurtenissen. Toch kun je ook over een langere termijn duiden welke houding werd aangenomen. Je kunt zeggen dat er bij mijn vader vooral “Vasthouden” en “Verzet” speelde. Pas later kon hij als erkend oorlogsslachtoffer toegeven aan verdriet (“Ondergaan” en “Accepteren”). Die laatste houding was al veel eerder te zien bij mijn moeder en de kinderen: het leven gaat verder, maak er het beste van!
In deze context is het begrijpelijk dat er pas de laatste jaren door met name de jongere kinderen kritisch kon worden gekeken naar het koloniale bewind en ook naar de verschrikkingen die dat bewind met zich meebracht. Als je het schuldgevoel dat daaruit voortvloeide wilt plaatsen op de interactiecirkel kom je uit op “Aannemen” (erkennen) en “Aanvallen” (afschuwelijk, dit mag nooit meer gebeuren).
Heb je zelf een casus die je qua interactie zou willen analyseren, of zit jezelf in een moeilijke interactie situatie waar je uit wilt komen, kijk dan naar onze interactie training Effectieve interactie (trailoflife.nl), of bel me op 06-11199841. Ik sta je graag te woord!
Laurens, 8 juni 2023